MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES
FONDS PODIUMKUNSTEN
2017-2020

Welkom op de website 'Meerjarige activiteitensubsidie 2017-2020' van het Fonds Podiumkunsten. Deze website bestaat uit twee delen. In het eerste deel 'Inleiding' vindt u het voorwoord van directeur Henriëtte Post, tien infographics met de kwantitatieve resultaten, een landkaart met een overzicht van de spreiding van zowel de aanvragen als de honoreringen en de verantwoording van onze werkwijze. In het tweede deel 'adviezen' vindt u de adviezen en besluiten voor de 212 aanvragende instellingen, een inleiding per discipline, de rangorde in de B-categorie en de samenstelling van de adviescommissie.

naar de adviezen

Aanvullend budget

Op 2 augustus 2016 werden de meerjarige uitslagen voor 2017-2020 op deze website bekend gemaakt. In de maanden daarna werd tot drie keer toe aanvullend budget ter beschikking gesteld door het ministerie van OCW. Na Prinsjesdag werd het meerjarige budget van het Fonds verhoogd met 5 miljoen euro om de festivals en een deel van de producerende instellingen op het gebied van muziektheater in de categorie B (positief advies, maar geen geld vanwege ontoereikende middelen) alsnog te kunnen honoreren. Dit besluit werd ingegeven door een Kamermotie waarin werd gewezen op de onevenredige druk op de budgetten voor festivals en muziektheater, waardoor relatief veel aanvragen met (zeer) hoge scores niet konden worden gehonoreerd. Ook werd het belang van festivals onderstreept voor de geografische spreiding van voorstellingen door het hele land.

Na de begrotingsbehandeling in november werd opnieuw aanvullend budget ter beschikking gesteld. Er werd een motie aangenomen waardoor de instellingen op de zaaglijn bij de disciplines muziek, dans en theater alsnog hun volledig aangevraagde meerjarige subsidie ontvangen. Door de Tweede Kamer werd een amendement aangenomen waarbij eenmalig een bedrag van ruim 9 miljoen beschikbaar kwam om alle resterende instellingen in de categorie B gedurende één jaar (2017) te subsidiëren. Daarmee loopt de politiek feitelijk vooruit op de uitkomst van de landelijke verkiezingen in maart 2017, aangezien het structureel toevoegen van de extra middelen afhankelijk is van de uiteindelijk te formeren coalitie. In totaal gaat het om 65 gezelschappen. Zij zullen naar verwachting pas in de tweede helft van 2017 zekerheid verkrijgen over de voortzetting van hun subsidie in de jaren erna.
MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES
FONDS PODIUMKUNSTEN
2017-2020
Dit is een mobiele en compacte versie van de website met de meerjarige adviezen 2017-2020. Kijk voor de volledige versie op een desktop computer.
meerjarige subsidie
2013-2016
(bedrag per jaar)
aangevraagd
2017-2020
(bedrag per jaar)
toegekend
2017-2020
(bedrag per jaar)
  • 120.000
    120.000
  • 150.000
    125.000
  • 95.000
    95.000
  • 300.000
    0
  • 192.650
    196.800
    196.800
  • 598.700
    675.300
    635.300
  • 60.000
    60.000
  • 75.000
    62.500
  • 237.500
    237.500
  • 115.000
    0
  • 95.000
    95.000
  • 670.950
    685.200
    571.000
  • 155.400
    129.500
  • 284.400
    0
  • 130.000
    0
  • 312.900
    348.750
    354.167
  • 131.250
    131.250
  • 347.300
    582.000
    581.167
  • 187.500
    187.500
  • 121.000
    155.500
    151.500
  • 150.000
    0
  • 255.500
    424.000
    263.500
  • 498.600
    571.670
    0
  • 110.000
    0
  • 259.400
    0
  • 514.700
    678.600
    662.630
  • 116.300
    116.300
  • 80.000
    0
  • 488.100
    586.800
    576.130
  • 98.400
    0
  • 150.000
    150.000
  • 300.000
    300.000
  • 200.000
    229.167
  • 185.000
    0
  • 485.000
    562.000
    502.167
  • 150.000
    125.000
  • 130.200
    100.000
    100.000
  • 359.800
    342.500
    342.500
  • 325.000
    354.167
  • 206.500
    300.000
    300.000
  • 250.000
    0
  • 166.200
    0
  • 25.000
    25.000
  • 185.000
    214.167
  • 157.080
    130.900
  • 242.500
    202.500
    168.750
  • 297.300
    345.000
    345.000
  • 150.000
    150.000
  • 75.000
    75.000
  • 150.000
    0
  • 93.750
    0
  • 224.500
    0
  • 75.000
    75.000
  • 150.000
    150.000
  • 180.000
    0
  • 118.750
    118.750
  • 301.150
    255.000
    225.000
  • 177.000
    0
  • 150.000
    0
  • 100.000
    0
  • 122.000
    146.250
    131.250
  • 280.000
    430.000
    400.000
  • 75.000
    62.500
  • 345.495
    411.400
    403.167
  • 522.500
    447.900
    446.900
  • 754.550
    702.960
    585.800
  • 103.000
    125.000
    0
  • 150.000
    0
  • 152.800
    0
  • 146.000
    176.200
    164.200
  • 527.500
    0
  • 25.000
    25.000
  • 75.000
    75.000
  • 125.000
    125.000
  • 544.400
    621.000
    633.797
  • 125.000
    0
  • 345.800
    569.000
    569.000
  • 237.500
    237.500
  • 159.500
    159.500
  • 409.100
    389.100
  • 133.750
    133.750
  • 150.000
    150.000
  • 130.400
    150.000
    150.000
  • 342.500
    0
  • 125.000
    0
  • 95.000
    0
  • 234.200
    229.200
    229.200
  • 180.650
    557.500
    507.500
  • 290.000
    275.000
  • 125.000
    125.000
  • 312.900
    448.800
    0
  • 150.000
    0
  • 229.150
    265.000
    230.000
  • 272.500
    0
  • 222.500
    222.500
  • 329.500
    0
  • 383.300
    390.000
    354.167
  • 240.000
    200.000
  • 137.500
    137.500
  • 156.200
    0
  • 142.600
    0
  • 103.000
    0
  • 289.400
    357.500
    337.500
  • 162.500
    0
  • 280.000
    280.000
  • 150.000
    150.000
  • 312.900
    405.000
    405.000
  • 130.400
    150.000
    150.000
  • 130.400
    150.000
    150.000
  • 187.000
    0
  • 150.000
    150.000
  • 291.000
    448.440
    373.700
  • 842.900
    769.200
    769.200
  • 636.200
    806.800
    798.800
  • 130.400
    250.000
    250.000
  • 556.400
    570.600
    550.600
  • 125.000
    0
  • 223.700
    203.700
  • 151.250
    151.250
  • 279.000
    279.000
  • 130.400
    300.000
    250.000
  • 260.700
    300.000
    300.000
  • 130.400
    150.000
    125.000
  • 171.750
    171.750
  • 491.900
    495.600
    524.767
  • 342.380
    320.600
  • 260.700
    300.000
    300.000
  • 150.000
    0
  • 690.900
    733.200
    611.000
  • 312.900
    436.200
    363.500
  • 312.900
    415.000
    415.000
  • 50.000
    0
  • 300.000
    0
  • Over het IJ Festival

    Inleiding

    Stichting IJ Producties organiseert jaarlijks het Over het IJ Festival in Amsterdam vanuit het NDSM-terrein in Amsterdam-Noord. Esther Lagendijk is sinds 2013 algemeen directeur en Simone Hogendijk is sinds 2015 artistiek leider. Het Over het IJ Festival verkent de nieuwe stedelijkheid samen met kunstenaars, bewoners en partners uit het culturele, commerciële en maatschappelijke veld. Het festival wil iets betekenen in de stad, door brug, platform, matchmaker en schakel te zijn tussen kunstenaars, publiek en bewoners.

    Mede door de veranderingen in het locatietheater, dat naar de mening van de aanvrager steeds meer mainstream wordt, heeft het festival ervoor gekozen om de artistieke visie te herzien. Bij de editie van 2015 is hier een eerste stap in gezet en in 2016 volgt de tweede. In de periode 2017-2020 zal het festival dan naar eigen zeggen een sterke identiteit en heldere koers kunnen neerzetten. Het festival laat talentontwikkeling hand in hand gaan met de ontdekking van nieuwe theatertalenten en -vormen buiten de context van de theaterzalen. Het festival biedt ruimte aan jonge makers om het werken op en met een locatie te ontwikkelen. Ook stimuleert het samenwerkingsverbanden tussen jonge en gearriveerde makers. Over het IJ Festival wil een verandering inzetten binnen het festival door specifiek makers te ondersteunen in hun zoektocht naar manieren om de semantiek van de stedelijke omgeving in hun voorstellingen tot uitdrukking te laten komen. Dit proces, het uitproberen van nieuwe theatrale vormen, voedt de ontwikkeling van locatietheater als genre en het theaterveld als geheel, aldus de aanvraag.

    Het festivalprogramma wordt ieder jaar langs drie programmalijnen opgebouwd: ‘De Stad als Laboratorium’, ‘De Lokale Stad’ en ‘De Stad als Metropool’. De Stad als Laboratorium verhoudt zich tot het festivalhart op de NDSM-werf. Binnen deze lijn maken bezoekers op een laagdrempelige manier kennis met een nieuwe generatie theatermakers, die zich laten inspireren door de NDSM-werf. Dit programmaonderdeel is geschikt voor een breed publiek en zal vijftien projecten in het ‘Zeecontainerprogramma’ en zes projecten binnen het experimentenprogramma ‘Platform’ programmeren. Met De Lokale Stad verhoudt en verbindt het festival zich met wijken en bewoners van Amsterdam. Projecten kunnen langer worden doorgetrokken dan de festivalperiode. Tijdens het festival worden diverse voorstellingen op locaties in de buurt gerealiseerd met de bewoners en lokale partijen, met koppelingen naar lokale thema’s. Dit zijn ‘Wijkmakers-projecten’, waarin vier makers aan een wijk in Amsterdam-Noord worden gekoppeld en drie projecten ontstaan van werk dat in een rechtstreekse relatie staat of voortkomt uit de omgeving of sociale context. De Stad als Metropool verhoudt zich tot de gehele metropool Amsterdam. Er worden hoogwaardige voorstellingen voor een breed publiek geprogrammeerd, bijzondere projecten waarmee het festival de stad infiltreert en mensen laat kennismaken met locatietheater als innovatief genre. Ieder jaar is er ruimte voor twee grote en drie middelgrote voorstellingen, in principe gereserveerd voor de doorstroom van makers uit de talentontwikkelingsonderdelen. Om het jaar maakt een maker vanuit dit gezamenlijke traject een grote gemonteerde voorstelling.

    Stichting IJ Producties vraagt voor de periode 2017-2020 een subsidie aan in de categorie ‘groot festival’. Het gevraagde subsidiebedrag is 250.000 euro. Daarnaast vraagt de stichting een bijdrage (co)productie van 50.000 euro aan. Het totaal gevraagde subsidiebedrag komt daarmee op 300.000 euro per jaar/editie.

    Historie

    Over het IJ Festival ontving in de periode 2013-2016 geen meerjarige subsidie van het Fonds Podiumkunsten.

    Artistieke kwaliteit

    De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als zwak.

    Zij kent Over het IJ Festival als een locatietheaterfestival binnen een stedelijke context op en rond de NDSM-werf in Amsterdam-Noord. De programmering van de afgelopen jaren, waarin zowel een podium wordt geboden aan meer gevestigde als aan jonge makers, vond de commissie van behoorlijke kwaliteit. Zij is wel kritisch over de keuzes die het festival maakte. Zo vond zij veel van de programmakeuzes weinig oorspronkelijk. Veel van het tijdens het Over het IJ Festival getoonde aanbod was eerder al op andere festivals te zien. Bovendien fungeerde bij de verplaatsing van dat aanbod naar de industriële context van de scheepswerf of de stadse omgeving van Amsterdam-Noord en het Centraal Station, de omgeving enkel als toevallig decor voor het geprogrammeerde bestaande werk. In mindere mate speelde de context en de betekenis ervan volgens de commissie een inhoudelijke rol bij de getoonde producties, waardoor de zeggingskracht die een locatie kan hebben, nauwelijks werd benut. Het containerprogramma vond de commissie lange tijd een sterk format, maar na veertien jaar is de glans ook daar een beetje vanaf. Dat laat onverlet dat daarin soms kleine pareltjes van jonge makers te zien waren. Kritisch is de commissie ook over de keuze van de organisatie om in 2015 zowel het containerprogramma als het festivalhart over de NDSM-werf te verspreiden. Vanwege de versnippering die hiermee ontstond, boette het festival volgens de commissie flink in op de kenmerkende festivalsfeer, die volgens de commissie in de jaren daarvoor een bepalende factor in de publieksbeleving was.

    De commissie heeft waardering voor de moed die uit de plannen voor 2017-2020 spreekt om een belangrijke brugfunctie in te nemen tussen kunstenaars, publiek en bewoners binnen de stedelijke omgeving van Amsterdam. Zij is in beginsel positief over de beoogde nieuwe artistieke identiteit van het festival. Tegelijkertijd klinkt er volgens haar in de plannen een zekere overmoedigheid door. De contexten die de organisatie beschrijft zijn groots en de vertaling in de functies die het Over het IJ Festival daarin speelt sluiten naar de mening van de commissie onvoldoende aan bij de positie die het festival in de afgelopen twintig jaar in het culturele veld heeft ingenomen. Op papier worden een aantal stevige ambities op een mooie manier beschreven, maar in het licht van de ontwikkeling van de afgelopen jaren komen ze op de commissie als utopisch over. Bovendien leidt de nieuwe artistieke richting in de uitwerking tot onderdelen die de commissie al kent van het festival. Dat bestaat uit formats en programmaonderdelen die het festival op dit moment ook presenteert, zoals het containerprogramma, de wijkmakers en de locatietheaterprojecten. De keuze van de makers wordt ook niet gemotiveerd vanuit die vernieuwde artistieke visie; in de ogen van de commissie zijn het reeds gekende makers die eerder in het festival te zien waren. Zij ziet kortom de voorgestelde vernieuwing onvoldoende vertaald in de concrete uitwerking, waardoor de commissie er niet op vertrouwt dat het publiek de beoogde, meer maatschappelijke betekenis van het festival zal ervaren.

    Bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten

    De commissie beoordeelt de bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten als voldoende.

    De commissie vindt dat het festival onder andere met het Zeecontainerprogramma een zekere bijdrage aan talentontwikkeling levert. Ook is zij positief over de samenwerking met onder andere Frascati en Oerol op het gebied van de ontwikkeling van afgestudeerde makers. Die programma’s bieden volgens de commissie ruimte aan makers om vanuit hun eigen makerschap de experimenten in de stedelijke omgeving vorm te geven. Het Zeecontainerprogramma vindt zij voor het creëren van minitheaters slim gekozen, maar tegelijkertijd zeer bepalend voor de letterlijke ruimte die het festival daarmee aan makers biedt.

    De bijdrage die het Over het IJ Festival levert aan de ontwikkeling van aanbod in locatietheater vindt de commissie beperkt. Steeds meer makers zoeken een passende context om voorstellingen te presenteren en inmiddels geven festivals en reguliere podia daaraan steeds vaker gehoor. Daarin is het Over het IJ Festival volgens de commissie niet uniek en is de bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten beperkt.

    Ondernemerschap

    De commissie beoordeelt het ondernemerschap als voldoende.

    Zij heeft vertrouwen in de productionele bedrijfsvoering, maar zet tegelijkertijd een aantal kanttekeningen bij de financiële gezondheid van de organisatie en de aannemelijkheid van de begroting. Op basis van het aangeleverde cijfermateriaal constateert de commissie dat de financiële positie van de organisatie reden tot zorg geeft. De commissie vindt het positief dat uit de aanvraag blijkt dat de organisatie dat erkent en dat het festival die positie wil verbeteren door het opbouwen van een financiële reserve uit een positief exploitatieresultaat. Opmerkelijk vindt de commissie het feit dat, ondanks de lastige huidige financiële positie, de organisatie in de komende jaren een groei van 35 procent in de begroting nastreeft. Deze forse groei sluit niet aan bij een groei van het aantal activiteiten, dat volgens de opgave van de aanvrager nagenoeg op hetzelfde niveau blijft. De verhoging in de begroting wordt vooral ingegeven door de enorme groei aan structurele subsidies ten opzichte van de afgelopen jaren. De groei wordt volgens de commissie eveneens onvoldoende gemotiveerd op basis van de inhoudelijke plannen.

    Aan de inkomstenkant van de begroting verwacht het Over het IJ Festival een forse stijging van de publieksinkomsten en sponsorinkomsten. Ten opzichte van de gerealiseerde inkomsten op deze posten in de afgelopen jaren zou dat een trendbreuk betekenen. Omdat een overtuigend plan van aanpak voor de werving van deze middelen ontbreekt, vertrouwt de commissie niet op voorhand in de haalbaarheid van deze ambitie en daarmee de haalbaarheid van het eigeninkomstenpercentage van 52. Wel is de commissie positief over het plan van de organisatie om meer externe opdrachten binnen te halen en met die extra eigen inkomsten een deel van de beheerslasten op te vangen. Het Noorderparkfestival is daarvan een mooi voorbeeld en geeft aan dat de organisatie in staat is dergelijke projecten uit te voeren.

    Over de publieksvisie van de organisatie is de commissie positief. Ze stelt vast dat de organisatie zes subdoelgroepen identificeert die de aanvrager met het festival wil bereiken. Daarbij verbindt de organisatie een aantal doelgroepen specifiek aan een programmaonderdeel. Tegelijkertijd mist de commissie een beschrijving van specifieke doelgroepgerichte marketingacties. De organisatie geeft weliswaar aan dat ze maatwerk zal bieden in de communicatie en schrijft dat er sprake zal zijn van persoonlijker contact met de nieuwe en trouwe bezoeker, maar verzuimt dat volgens de commissie vervolgens concreet in de aanvraag uit te werken. De organisatie wil daarnaast in haar marketing het innovatieve karakter dat ze met het festival nastreeft, weerspiegelen. De commissie vindt dat een goed uitgangspunt, maar mist ook hier weer aansprekende voorbeelden die haar ervan overtuigen dat de organisatie deze ambitie zal weten waar te maken.

    Pluriformiteit

    De commissie beoordeelt de pluriformiteit als ruim voldoende.

    Het festival presenteert aanbod dat voornamelijk dient te worden aangemerkt als locatietheater. Locatietheater in algemene zin is ook veelvuldig te zien op andere locatietheaterfestivals in Nederland; het aanbod op het Over het IJ Festival onderscheidt zich echter door de urbane omgeving waarin het wordt gepresenteerd. Het aanbod onderscheidt zich ook van het theateraanbod dat op reguliere podia te zien is. De commissie vindt dat het festival op grond hiervan een aanzienlijke bijdrage levert aan de pluriformiteit.

    Geografische spreiding

    De commissie beoordeelt de bijdrage aan de spreiding als neutraal.

    Het festival vindt plaats in Amsterdam. In Amsterdam is een ruim aanbod aan podiumkunsten aanwezig, zowel gepresenteerd op podia als op festivals. Hierdoor levert het Over het IJ Festival geen bijdrage aan de spreiding.

    Aanwezigheid financiële bijdrage provincie of gemeente

    De financiële bijdrage van de provincie of gemeente is ruim voldoende.

    Het Over het IJ Festival heeft in de afgelopen periode een bijdrage van 164.820 euro per jaar ontvangen van de gemeente. Het festival vraagt voor de komende periode een bedrag van 295.000 euro per jaar aan bij de gemeente. Hiermee is sprake van een beperkte lokale bijdrage.

    Bijdrage (co)productie

    Niet van toepassing.

    Conclusie

    De commissie adviseert de aanvraag van Stichting IJ Producties niet te honoreren.
    Aangevraagd bedrag per editie
    300.000
    Geadviseerd bedrag per editie
    0
    Toegekend bedrag per editie
    0
    Aangevraagd bedrag per editie
    300.000
    Geadviseerd bedrag per editie
    0
    Toegekend bedrag per editie
    0
  • 200.000
    200.000
  • 109.000
    95.000
  • 410.650
    429.000
    399.000
  • 339.000
    0
  • 125.000
    0
  • 211.200
    175.000
    0
  • 240.000
    229.167
  • 177.000
    0
  • 148.600
    430.800
    424.967
  • 130.000
    130.000
  • 125.000
    125.000
  • 198.200
    97.000
  • 150.000
    0
  • 125.000
    125.000
  • 150.000
    150.000
  • 125.000
    0
  • 162.500
    191.667
  • 150.000
    150.000
  • 365.350
    388.500
    388.500
  • 495.900
    656.800
    644.800
  • 228.900
    445.250
    298.600
  • 390.000
    325.000
  • 156.400
    150.000
    150.000
  • 282.500
    236.200
  • 391.100
    582.000
    514.167
  • 280.000
    309.167
  • 95.000
    95.000
  • 200.000
    200.000
  • 150.000
    125.000
  • 125.000
    0
  • 125.200
    129.500
    0
  • 136.850
    145.000
    174.167
  • 184.400
    0
  • 131.500
    0
  • 455.020
    0
  • 210.000
    0
  • 187.700
    270.000
    225.000
  • 328.500
    390.000
    354.167
  • 83.496
    0
  • 125.000
    0
  • 183.500
    158.500
  • 469.300
    625.000
    0
  • 125.000
    125.000
  • 300.000
    300.000
  • 135.000
    112.500
  • 100.000
    100.000
  • 303.500
    412.500
    412.500
  • 150.000
    0
  • 640.650
    695.400
    579.500
  • 200.000
    0
  • 150.000
    0
  • 147.850
    217.200
    197.200
  • 150.400
    150.400
  • 477.200
    582.000
    575.000
  • 215.000
    215.000
  • 26.100
    30.000
    30.000
  • 62.600
    265.000
    265.000
  • 312.900
    300.000
    300.000
  • 450.700
    483.600
    403.000
  • 156.400
    200.000
    229.167
  • 135.000
    0
  • 203.375
    202.500
  • 140.000
    140.000
  • 78.200
    271.300
    0
  • 665.650
    657.600
    638.000
  • 379.500
    337.500
  • 215.000
    215.000
  • 300.400
    375.000
    325.000
  • 430.200
    457.000
    457.000
  • 165.455
    0
  • 266.000
    250.000
    250.000
  • 300.400
    359.500
    359.500
  • 348.900
    545.400
    454.500
  • 125.000
    125.000
  • 105.200
    105.200
  • 506.900
    512.000
    462.000
  • 225.000
    225.000
  • 250.300
    356.000
    359.167
  • 200.000
    0

* Alsnog toegekend in 2016

** Alsnog toegekend in 2017

*** Toegekend, maar ziet af van subsidie