Moeremans&sons
Inleiding
Moeremans&Sons is een collectief van tien acteurs, regisseur Sarah Moeremans en vormgever Julian Maiwald. De standplaats van het collectief is Leiden. Naast de artistieke verantwoordelijkheid nemen alle leden ook het volledige productionele takenpakket op zich. De afgelopen vier jaar maakte de groep een stormachtige groei door van een groep Arnhemse toneelschoolstudenten naar een zelfstandig opererend theatercollectief dat de innovatie opzoekt op diverse vlakken binnen het theaterveld. Moeremans&Sons maakt theaterproducties in doorlopende lijnen, in de vorm van collecties.
In de periode 2017-2020 vestigt Moeremans&Sons zich als een nomadencollectief voor één jaar in respectievelijk Leiden, Arnhem, Groningen en RoHague (Rotterdam en Den Haag). In elke stad werkt het collectief intensief samen met een theater, een museum en een kennisinstituut. In gezamenlijkheid ontwikkelen zij nieuwe filosofische voorstellingen en performances over morele dilemma's. Belangrijke nieuwe inspiratiebronnen worden het filosofische discours binnen de wiskunde en beeldende kunst en de beleving daarvan. Het collectief heeft nieuwe collecties op het programma staan, waaronder een collectie ideeënstukken getiteld 'You Are What You Lunch' en een collectie theatrale museumtours met de titel 'Just Checking The Wall'. Voor de collectie lunchvoorstellingen nodigt Moeremans&Sons filosofen uit om een essay te schrijven dat vervolgens wordt versleuteld tot theatertekst. Aan het eind van 2020 heeft Moeremans&Sons in vier steden met vijftien partners samengewerkt en heeft het collectief zestien voorstellingen in zes collecties actief op het repertoire staan. In standplaats Leiden werkt Moeremans&Sons samen met Theater Ins Blau, Museum de Lakenhal en Universiteit Leiden. De productie 'Self Killing Prophecy' draait om cijfergeilheid en de aantrekkelijke terreur van de statistiek; in een theatraal laboratorium voeren de acteurs experimenten uit op het publiek.
In 'Crashtest Ibsen: Pijlers van de samenleving' wordt het samenlevingsdrama van Ibsen naar een filosofisch niveau getrokken en wordt een complexer voorstel aan het publiek gedaan, geïnspireerd op het werk van gebiedskunstenaar Gabriel Markus. Deze voorstelling wordt in coproductie met Toneelgroep Oostpool gemaakt. 'You Are What You Lunch: an Eternal Shame' is de eerste lunchtheatervoorstelling, een zoektocht naar de sociale werking en het gemeenschappelijke nut van schaamte. Deze voorstelling wordt in samenwerking met filosoof Coen Simon gemaakt. 'Just Checking The Wall: Leiden' is een theatrale rondleiding langs beeldende kunstwerken met incognito acteurs tussen het publiek die de werken en elkaar van commentaar voorzien. In Arnhem maakt Moeremans&Sons in 2018 'Deepthroat Definition', waarin zes personages allemaal een wiskundige stroming belichamen en een soort Marsdropping in het theater maken. In de lunchcollectie wordt 'the Eternal countdown' gemaakt, over het fenomeen geschiedenis en geschiedschrijving. 'Just Checking The Wall: Arnhem' wordt gemaakt met Kröller-Müller en Museum Arnhem, eerst met dezelfde tekst als in de Lakenhal en later een update daarvan.
Tot slot trekt Moeremans&Sons met de complete collectie van vier ‘Crashtest Ibsen’-voorstellingen als een marathon langs de grote zalen. In 2019 vestigt het gezelschap zich in Groningen, waar de makers samenwerken met de Rijksuniversiteit Groningen, het Groninger Museum en Grand Futura. In dit jaar realiseert Joep van der Geest zijn eerste regie binnen Moeremans&Sons: het wiskundige ideeënstuk 'Anal Axioma'. Matthijs IJgosse schrijft zijn eerste toneeltekst 'You Are What You Lunch: it's a Kind of Chronos'. In 2020 werkt Moeremans&Sons met de Rotterdamse Schouwburg, Theater aan het Spui, WORM, Gemeentemuseum Den Haag en Campus Den Haag aan de finale update van 'Just Checking The Wall' en de 'Poperette': plug & play muziektheater in de grote zaal.
In de periode 2017-2020 speelt Moeremans&Sons 78 voorstellingen per jaar. Het gevraagde subsidiebedrag is 280.000 euro.
Historie
Moeremans&Sons ontvangt in de periode 2013-2016 geen structurele subsidie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of het Fonds Podiumkunsten.
Er is door Moeremans&Sons beeld- en/of geluidsmateriaal opgestuurd van de voorstellingen 'Shoot the Messenger' en 'Crashtest Ibsen: Nora'.
Artistieke kwaliteit
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als goed.
Dit jonge collectief heeft zich de afgelopen jaren, vers van de theateropleiding, energiek in de theaterwereld gestort en zich daar een belofte voor de toekomst getoond. De commissie vindt Moeremans&Sons een stoer en intelligent collectief dat op brutale wijze het wereldrepertoire ontleedt en voorziet van zeggingskracht. In de werkwijze laat het collectief een eigen, herkenbare signatuur zien die zich kenmerkt door een intelligente inhoudelijke visie op zowel de samenleving als op theater en toneelteksten. De commissie is enthousiast over de meest recente voorstellingen van dit nieuwe collectief en dan vooral over de ‘Crashtest Ibsen’-collectie. ‘Crashtest Ibsen: Nora’ zit doordacht in elkaar en getuigt zowel in de zaal als op locatie van zeggingskracht. De oude tekst van Ibsen is op originele wijze naar het nu vertaald, waarbij de thematiek van de positie van de vrouw op een intelligente manier is doorgetrokken naar de actualiteit en het stuk zelf als ‘klassieker’ wordt bevraagd. Hierin toont zich het vakmanschap van de makers. Met deze voorstelling lijkt het collectief haar studentikoze, kleinkunstachtige imago ook definitief te hebben afgeschud. De commissie vindt namelijk niet alle voorstellingen uit de afgelopen jaren even goed. Het eerdere werk miste de scherpte en focus van ‘Crashtest Ibsen’. De commissie merkt ook op dat in de voorstellingen zichtbaar is dat het vakmanschap van de verschillende leden (nog) niet allemaal op hetzelfde niveau ligt. De artistiek-inhoudelijke vermogens en het vakmanschap van Sarah Moeremans zijn in de ogen van de commissie dan ook een onmisbare sturende kracht voor de kwaliteit van de producties.
De commissie vindt de nieuwe plannen voor 2017-2020 erg tot de verbeelding spreken. Ze zijn zeer bevlogen en goed doordacht geschreven. Ze bouwen voort op het eigenwijze artistieke profiel dat zich de afgelopen jaren bij Moeremans&Sons heeft afgetekend. De productieplannen zijn helder verdeeld in drie lijnen (de Crashtest Ibsen-collectie, de wiskunde-collectie en de lunch-collectie) en verspreid over vier jaar in vier verschillende nomadensteden. De commissie constateert tot haar genoegen dat Moeremans&Sons de oorspronkelijke werkwijze en artistieke organisatievorm met de pop-up filosofie en plug & play-shows voortzet. Dat het gezelschap deze uitbreidt naar nieuwe domeinen zoals de beeldende kunst en de wetenschap. Het idee van het nomadenbestaan vindt de commissie erg origineel. Door elk jaar een andere thuisstad te kiezen, kunnen interessante partnerschappen met lokale instellingen zorgen voor extra gelaagdheid in de projecten en voor gemeenschapsvorming die bijdraagt aan een groter publieksbereik. De voorstellingen kunnen bovendien extra zeggingskracht krijgen voor de lokale bewoners. De plannen waarin Moeremans&Sons wiskundige concepten als onderwerp voor de ideeënstukken gaat nemen, ogen in eerste instantie een beetje vreemd, maar worden in de projectbeschrijvingen zoals die voor ‘Self Killing Prophecy’ en ‘Deepthroat Definition’ overtuigend uitgewerkt. Het collectief geeft uitleg en een visie op de artistieke vertaling van de inhoud naar aansprekende vormen, waarmee ze direct tot de verbeelding spreken. De makers geven een eigen visie op en aansprekende vormen aan ogenschijnlijk moeilijk te doorgronden exacte wetenschap, waardoor deze vanuit een meer filosofisch en maatschappelijk perspectief kunnen worden bekeken. Ook bij het slotstuk van de Ibsen-serie en bij de lunchvoorstellingen op basis van filosofische essays verwacht de commissie veel zeggingskracht, doordat van de gekozen schrijver een intelligente inhoud wordt verwacht die Moeremans&Sons in een aansprekende vorm giet. Minder enthousiast is de commissie over de plannen voor de theatrale museumtochten. Deze krijgen in de beschrijvingen nog geen overtuigende vorm en van het gebruik van steeds dezelfde teksten bij uiteenlopende kunstwerken in verschillende musea verwacht zij niet direct aansprekende uitvoeringen.
Ondernemerschap
De commissie beoordeelt het ondernemerschap als goed.
In de vier jaar dat Moeremans&Sons nu werkt als collectief heeft het een vliegende start gemaakt op de Nederlandse podia. Het produceren gaat bij Moeremans&Sons volgens drie kernprincipes: de voorstellingen zijn plug & play (flexibel), ze worden zelfstandig geproduceerd volgens het onafhankelijk productiemodel (elk lid van het collectief neemt ook zakelijke en productionele taken op zich) en gespeeld als pop-up repertoire (altijd programmeerbaar). De commissie constateert dat deze werkwijze past bij de organisatievorm die Moeremans&Sons heeft gekozen en vindt die getuigen van een gezonde zoektocht naar een nieuwe, meer op de huidige samenleving toegepaste vorm van ondernemend en vraaggericht werken. De gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle productionele taken is wellicht niet altijd even effectief, maar zorgt wel voor volledige betrokkenheid van de leden bij het gehele proces van maken, produceren, verkopen en publieksbenadering. De genoemde begeleiding en ondersteuning op zakelijk gebied en de diversiteit aan ervaring van de leden van het bestuur geven de commissie voldoende vertrouwen in de bedrijfsvoering. De financiële situatie van Moeremans&Sons is gezond. De commissie vindt het prijzenswaardig dat in de korte tijd dat het gezelschap bestaat al een eigen vermogen is opgebouwd. Dit biedt een solide basis voor de uitbreiding van de activiteiten en dient als buffer bij tegenvallende resultaten.
De commissie plaatst echter wel een kanttekening bij de groei die het collectief de komende vier jaar voorstaat en de geprognosticeerde begrotingsontwikkeling daarbij. De plannen zijn ambitieus met betrekking tot het aantal te realiseren projecten en het aantal speelbeurten. De begroting stijgt hierdoor de komende jaren, waarop naar de mening van de commissie niet overtuigend wordt gereflecteerd in het plan. Tegelijk stelt zij vast dat de begroting als geheel in balans oogt en dat de groei die wordt geprognosticeerd, aansluit op de eigenzinnige manieren waarop het gezelschap de afzet van zijn voorstellingen vormgeeft. In dit kader geven de meegestuurde intenties van gemeentes en podiapartners ook vertrouwen dat de ambities realistisch zijn. Een kanttekening maakt de commissie bij de bijdragen uit private fondsen. De aanvragers verwachten dat deze zullen stijgen, terwijl daar in de afgelopen jaren nog niet veel sprake van was. De commissie vindt dit risicovol en is er niet volledig van overtuigd dat deze stijging zal worden waargemaakt. Over de publieksbenadering is de commissie positief. In het plan worden zowel bestaande publieksgroepen benoemd als nieuwe interessegroepen per collectie. Het zijn naar de mening van de commissie duidelijk omschreven doelgroepen die passen bij het werk dat Moeremans&Sons maakt. Het is de bedoeling deze groepen ook te mengen. Zo wordt het museumpubliek gestimuleerd ook naar de zaalvoorstellingen te gaan en vice versa. Dit vindt de commissie een uitdagende doelstelling die door de concrete en intensieve samenwerking met de lokale theaters en musea zeker kan worden gerealiseerd.
Verder legt het collectief in het plan een geheel eigen visie op afname en positionering aan de dag, waarbij het de pr en marketing ziet als een actieve vorm van communityvorming. Dit uit zich in de diverse projecten met de verschillende inhoudelijke partners, de pop-up/plug & play- productievorm en een aantal concrete samenwerkingsplannen op het terrein van de publieksbenadering. Zo wordt per speelstad een groep van zogenoemde sidekicks samengesteld die onder meer via mond-tot-mondreclame een grote diversiteit aan introducés naar de voorstellingen moet brengen. Zo worden geïnteresseerden met elkaar verbonden en gestimuleerd om vanuit een gedeelde interesse de voorstelling te bezoeken. Deze integrale aanpak van publieksbenadering en de wijze waarop ze in oorspronkelijke ideeën is uitgewerkt, worden door de commissie zeer gewaardeerd. Uit het communicatieplan spreekt een energieke houding: alles wijst erop dat dit collectief niet de geijkte weg wil bewandelen om publiek te bereiken, maar nieuwe manieren uitprobeert. Het geheel van publieksbenadering oogt volgens de commissie dynamisch, innovatief en de commissie heeft er vertrouwen in dat het ook effectief zal zijn.
Pluriformiteit
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de pluriformiteit als neutraal.
De voorstellingen van Moeremans&Sons betreffen teksttheater. Hiervan is het aanbod op de Nederlandse podia relatief groot, zowel van instellingen binnen de Basisinfrastructuur als van ongesubsidieerde producenten. In genre en presentatievorm overlapt het werk van Moeremans&Sons naar de mening van de commissie met dit brede bestaande aanbod, waardoor zij het werk niet specifiek onderscheidend vindt. De commissie concludeert dat het werk van Moeremans&Sons geen bijzondere bijdrage levert aan de pluriformiteit.
Geografische spreiding
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de geografische spreiding als zeer goed.
Moeremans&Sons zal de komende jaren een nomadisch bestaan leiden en zich naast thuisbasis Leiden afwisselend vestigen in Arnhem, Groningen en Den Haag/Rotterdam. In Leiden heeft het Theater Ins Blau als vaste partner en als uitvalsbasis en het gezelschap speelt er ook veel voorstellingen. Het aanbod van podiumkunsten in Leiden is in vergelijking met steden als Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag niet zo groot. Uit de speellijsten van de afgelopen jaren blijkt daarnaast dat het aantal voorstellingen dat Moeremans&Sons buiten de grote steden in de Randstad heeft gespeeld in vergelijking met andere podiumkunstaanbieders hoog is. In de komende periode beoogt zij een vergelijkbare spreiding van de voorstellingen. Hiermee levert Moeremans&Sons een zeer grote bijdrage aan de spreiding.
Bijdrage talentontwikkeling
Niet van toepassing.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van Moeremans&Sons te honoreren.
Aangevraagd bedrag per jaar
280.000
Geadviseerd bedrag per jaar
gemiddeld aantal uitvoeringen per jaar
bedrag per uitvoering
Circuit klein/middel
68
2.500
170.000
Circuit groot
10
3.500
35.000
Basisbedrag
75.000
Bijdrage talentontwikkeling
0
Totaal geadviseerd bedrag per jaar
280.000
Toegekend bedrag per jaar
280.000
Aangevraagd bedrag per jaar
280.000
Circuit klein/middel
170.000
Circuit groot
35.000
Basisbedrag
75.000
Totaal geadviseerd bedrag per jaar
280.000
Toegekend bedrag per jaar
280.000
*** Toegekend, maar ziet af van subsidie