Orlando Festival
Inleiding
Stichting Kamermuziek Limburg organiseert jaarlijks in de zomer het Orlando Festival & Concours. De artistieke leiding is in handen van directeur Henk Guittart. De stichting stelt zich ten doel om de uitoefening van kamermuziek te bevorderen. Het Orlando Festival en het Orlando Concours vormen een samenhangend geheel van uiteenlopende muzikale activiteiten gedurende een periode van tien dagen. Het Orlando Concours is sinds 2013 de opvolger van het Charles Hennen Concours en biedt jonge, professionele, (inter)nationale kamermuziekensembles de kans zich te profileren. Het concours bewerkstelligt naar eigen zeggen een optimale ondersteuning door middel van loopbaanbegeleiding en talentontwikkeling in de vorm van educatie en concertbemiddeling. Voor de drie finalisten zijn er geldprijzen aan het concours verbonden.
Het Orlando Concours kent drie rondes en een finale, alle toegankelijk voor het publiek. Een internationale jury bestaande uit vijf leden hanteert een selectieprocedure waarbij de resultaten van de drie rondes meetellen voor de uiteindelijke uitslag. Het concours is als zodanig het enige internationale concours voor kamermuziekensembles in Nederland. Omdat de planning van het concours aansluit op de internationale concoursen, dient het Orlando Concours als springplank voor de deelnemende ensembles. Met ingang van de editie in 2015 is er volgens de aanvrager met de komst van artistiek leider Henk Guittart aan vorm en inhoud veel veranderd. Missie en hoofddoelstelling zijn gelijk gebleven, maar bij de kernactiviteit zijn uitbreidingen doorgevoerd. Er is een extra ronde, een uitgebreide winnaarstournee en een koppeling aan de masterclass van het Orlando Festival toegevoegd.
Het concours hanteert een driejarige cyclus met drie ensemblecategorieën. In 2017 zal het een concours voor strijkkwartetten zijn, in 2018 een pianoconcours en in 2019 een concours voor ensembles van drie tot zes musici, waarna in 2020 het strijkkwartet weer aan de beurt is. Bij de repertoirekeuze biedt het concours een redelijk grote vrijheid; bij de finale hebben de ensembles zelfs volledige vrijheid. Nieuwe muziek en muziek uit de twintigste eeuw krijgt grote aandacht binnen het repertoire. De artistieke ontplooiing en ontwikkeling van de deelnemers wordt gestimuleerd door de koppeling aan de masterclass van het Orlando Festival.
Stichting Kamermuziek Limburg wil de stijging in het niveau van de deelnemende ensembles stimuleren en steeds meer publiek naar alle manifestaties van het concours trekken. In 2016 vond een winnaarstournee plaats, met concerten in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Heiloo. De ambitie is om deze tournee voor de komende jaren uit te breiden, ook met concerten in het buitenland.
Stichting Kamermuziek Limburg vraagt voor de periode 2017-2020 een subsidie aan in de categorie ‘concours’. Het gevraagde subsidiebedrag is 50.000 euro per jaar/editie.
Historie
Stichting Kamermuziek Limburg ontvangt in de periode 2013-2016 geen structurele subsidie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of het Fonds Podiumkunsten.
Artistieke kwaliteit
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als voldoende.
Het Orlando Concours is sinds 2013 de opvolger van het Charles Hennen Concours en is onderdeel van het Orlando Festival. De artistieke leiding van het concours, in de persoon van Henk Guittart, heeft volgens de commissie een goede kijk op het genre kamermuziek en weet het festival en concours met veel expertise en liefde voor de kamermuziek te organiseren. De kwaliteit van de deelnemers aan het concours uit zowel binnen als buitenland is volgens de commissie van hoge kwaliteit. Die kwaliteit draagt ook bij aan het positieve oordeel van de commissie over het vakmanschap van de organisatie in de voorgaande periode. Daarnaast is zij in de basis positief over de in het plan opgesomde artistieke uitgangspunten van het concours. De uitwerking vindt de commissie echter tekortschieten om een goed beeld te krijgen van het voortraject, het beoordelingsproces en het natraject van het concours.
De kritiek van de commissie op het voorliggende plan richt zich om te beginnen op het gebrek aan inzicht in de manier waarop het concours deelnemers selecteert. Nergens beschrijft de aanvrager hoe deze de strijkkwartetten, pianotrio’s en overige ensembles werft. Evenmin worden namen genoemd van juryleden of een profielschets gegeven waaraan de juryleden moeten voldoen. Beide omissies in het plan leiden ertoe dat de commissie voor de toekomst niet volledig overtuigd is van het vakmanschap en de oorspronkelijkheid van de deelnemers en laureaten van het concours, maar ook van het concours als geheel. Tot slot mist de commissie een reflectie op het traject dat de deelnemers, en in het bijzonder de winnaars, aan het concours doorlopen. Het concours organiseert weliswaar een tournee voor de winnaar, maar de plannen bevatten naar de mening van de commissie geen overtuigende uitwerking van de ambitie om daadwerkelijk iets te betekenen voor de (inter)nationale carrière van laureaten van het concours. Een verdere verdieping van deze ambitie was in deze aanvraag op zijn plaats geweest.
Bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten als ruim voldoende.
De commissie vindt dat het Orlando Concours een bijdrage levert aan de ontwikkeling van het eigen genre: de klassieke kamermuziek. Die betekenis ligt vooral in de energie die het concours ter plekke investeert in de deelnemers. Zo kunnen zij les krijgen van de juryleden en bij het Orlando Festival aanwezige gastdocenten. Het concours wordt gekoppeld aan een masterclass van het Orlando Festival, de winnaar gaat op tournee en volgens de aanvrager wordt media-aandacht gegenereerd. Voor de artistieke ontwikkeling van Nederlandse kamermuziekensembles is de commissie van mening dat het om een belangrijk en relevant concours gaat. De commissie merkt echter ook op dat de bijdrage van het concours aan de kamermuziek in bredere zin beperkt is. Ook vindt zij dat het concours een enigszins naar binnen gerichte indruk maakt. Mede daardoor is er volgens haar geen sprake van een bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten, die het eigen genre overstijgt.
Ondernemerschap
De commissie beoordeelt het ondernemerschap als zwak.
De commissie constateert dat de organisatie de ambitie heeft om de eigen inkomsten met 30 procent te verhogen. Daarvoor heeft ze een aantal doelen geformuleerd. Zo wil de organisatie de toegangsprijzen structureel verhogen en zal ze in de toekomst voor alle rondes van het concours entree vragen. Daarnaast verwacht de aanvrager met specifieke marketingacties meer publiek en deelnemers te kunnen trekken en dus meer publieksinkomsten te genereren. Tot slot streeft de aanvrager ernaar om de groep ‘Vrienden van het Orlando Festival & Concours’ verder uit te breiden. De commissie waardeert deze ambities. Echter, op basis van de summiere onderbouwing vindt zij onvoldoende aanknopingspunten om te kunnen aannemen dat de aanvrager het doel om de eigen inkomsten te verhogen zal behalen. In de aanvraag beschrijft de organisatie bijvoorbeeld geen overtuigende aanpak van de introductie van entreeprijzen voor activiteiten die voorheen gratis waren en waarvoor ze tegelijkertijd meer bezoekers verwacht. Ook maakt de organisatie de nieuwe initiatieven om de ‘Vrienden van het Orlando Festival & Concours’ intensiever bij de activiteiten te betrekken, niet concreet.
De commissie stelt vast dat de begroting wat de kosten betreft enkele inconsistenties vertoont. Zo constateert zij dat het aantal fte’s met een vast contract afneemt, maar dat de beheerslasten van het personeel stijgen. Daarnaast is er een post ‘tijdelijk personeel’ opgenomen, terwijl daar geen fte’s voor zijn opgenomen. Verder is de commissie van mening dat de gemiddelde kosten per bezoeker zeer hoog zijn, zelfs bij de beoogde stijging van het aantal bezoekers.
De commissie vindt het in beginsel positief dat de organisatie in haar plannen oog heeft voor eventuele tegenvallers op financieel gebied. De aanvrager heeft kennelijk lering getrokken uit de negatieve financiële resultaten bij de eerdere edities. Naar aanleiding daarvan zal de aanvrager zich bij eventuele nieuwe tegenvallers bezinnen op een structureel afgeslankte en gewijzigde vorm van het Orlando Festival & Concours, waarbij ze naar verwachting onverhoopt ingrijpende keuzes zal moeten maken. De organisatie werkt vervolgens echter niet uit wat deze keuzes zullen zijn, noch wat de gevolgen zullen zijn voor het behalen van de artistieke ambities van het festival. Kritisch is de commissie ook over het ontbreken van een strategie om tegenvallers te voorkomen of een intentie om in de komende jaren een weerstandsvermogen op te bouwen.
Wat de publieksbenadering betreft, vindt de commissie het opmerkelijk dat de organisatie de unieke positie van het Orlando Concours als het enige internationale kamermuziekconcours niet gebruikt als startpunt in de marketingstrategie. De uitwerking van de publieksbenadering schiet volgens haar eveneens tekort. De aanvrager beschrijft geen duidelijke doelgroepen en de voorgestelde middelen zijn volgens de commissie standaard. Zij is er op basis van het plan daarom niet bij voorbaat van overtuigd dat de organisatie in staat zal zijn om de bezoekersaantallen te verhogen tot het beoogde niveau.
Pluriformiteit
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de pluriformiteit van het podiumkunstenaanbod in Nederland als neutraal.
Het aanbod dat te horen is op het Orlando Concours is klassieke kamermuziek, een muziekvorm die ruimschoots op de podia en festivals in Nederland te horen is. Het Orlando Concours levert zodoende geen bijzondere bijdrage aan de pluriformiteit.
Geografische spreiding
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de spreiding als ruim voldoende.
Het festival vindt plaats in Kerkrade. De commissie vindt dat het hiermee een redelijke bijdrage levert aan de spreiding. Tegelijkertijd merkt de commissie op dat in Limburg, anders dan in sommige andere regio’s in Nederland, vergelijkbaar aanbod niet geheel ontbreekt. In Kerkrade en omgeving vinden ook andere festivals plaats en de regio kent een goede culturele infrastructuur op het gebied van de podiumkunsten.
Aanwezigheid financiële bijdrage provincie of gemeente
De financiële bijdrage van de provincie of gemeente is ruim voldoende.
Stichting Kamermuziek Limburg ontving in de afgelopen periode een structurele bijdrage van 25.000 euro per editie van de provincie Limburg. Voor de komende periode vraag de stichting een bedrag van gemiddeld 18.500 euro bij de provincie aan en rekent ze op een kleine bijdrage van 4.000 euro van de gemeente. Hiermee is sprake van een beperkte lokale bijdrage.
Bijdrage (co)productie
Niet van toepassing.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van Stichting Kamermuziek Limburg niet te honoreren.
Aangevraagd bedrag per editie
50.000
Geadviseerd bedrag per editie
0
Toegekend bedrag per editie
0
Aangevraagd bedrag per editie
50.000
Geadviseerd bedrag per editie
0
Toegekend bedrag per editie
0