PIPS:lab
Inleiding
Stichting PIPS:lab, opgericht in 1999 en gevestigd in Amsterdam, bestaat uit Kees Duyves (kunstenaar-uitvinder), Daan van West (componistkunstenaar), Willem Weemhoff (film- en theatermaker-kunstenaar) Yorick Heerkens (acteur-performer) en zakelijk leider Nelly Voorman. Het collectief heeft als missie om innovatief, toegankelijk multimediatheater te maken, waarbij het publiek actief benaderd wordt. De hedendaagse mediacultuur staat daarbij centraal en er wordt ingespeeld op de actualiteit. PIPS:lab wil podiumkunst in de ruimste zin van het woord beoefenen, of het nu gaat om interactieve voorstellingen en kunstinstallaties of het maken van een app of een game. In een wereld waarin mens en technologie steeds verder verweven zijn, is een theatervorm die hieraan beantwoordt onontkoombaar, aldus de aanvraag. PIPS:lab noemt zich een voorloper in het gebruik van technologie op het podium. Zo heeft het gezelschap naar eigen zeggen een lange staat van dienst met uitvindingen op het gebied van augmented en virtual reality. Voorbeelden van deze technologieën zijn de lumasol lichtschilder, immersive 360° video en motion-capture-techniek, die onder meer werden gebruikt in de voorstelling ‘Shadows in the Clouds’ en die uitmondden in de zogeheten ‘Potator’. Ook virtual reality brillen werden in de voorstellingen geïntegreerd.
Voor de komende periode heeft PIPS:lab als doelstelling om bij te dragen aan de ontwikkelingen van augmented en virtual reality voor de kunst. Bovendien willen de makers juist ook het naar hun mening ontbrekende sociale aspect van virtual reality onderzoeken en vormgeven. Daarnaast staat de aanvrager een toenemende rol voor de toeschouwer voor ogen; interactie met het publiek maakte altijd al deel uit van de voorstellingen, zoals het massaal met licht schrijven of het sturen van foto’s door de toeschouwers. Deze interactie zal bijvoorbeeld het geval zijn bij het project ‘I’m provisation’. Naast het manipuleren van live opgenomen beelden, waardoor het publiek inzicht krijgt in deze manipulatie, wil het collectief ook meer met bestaand of vooraf opgenomen beeldmateriaal gaan werken. De urgentie om de mediamanipulatie in onze hedendaagse “mediacratie” zichtbaar en invoelbaar te maken, is het leidmotief bij alle projecten die het gezelschap in de periode 2017-2020 voor ogen staan. De voorstellingen worden aangeboden aan het zalencircuit, maar de focus wordt gelegd op het spelen op festivals, waar PIPS:lab een eigen publiek heeft opgebouwd. Om flexibeler te kunnen opereren en toch over de juiste technologie te beschikken, wil het collectief een mobiel laboratorium ontwikkelen in de vorm van een bus. Deze moet zowel een audiovisuele werkplaats zijn, als een projectietrailer waar, van binnenuit, alle kanten op geprojecteerd kan worden.
In de periode 2017-2020 speelt PIPS:lab veertig voorstellingen per jaar. Het gevraagde subsidiebedrag is 175.000 euro.
Historie
PIPS:lab ontvangt in de periode 2013-2016 een structurele subsidie van het Fonds Podiumkunsten in het kader van de regeling meerjarige activiteitensubsidie 2013-2016.
Het Fonds volgt de door haar meerjarig gesubsidieerde instellingen door meerdere adviseurs de voorstellingen en/of concerten te laten bezoeken. In de periode 2013-2016 hebben adviseurs van het Fonds negen voorstellingen van zeven verschillende producties van PIPS:lab bezocht.
Artistieke kwaliteit
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als zwak.
Zij vindt de ideeën die ten grondslag liggen aan het werk van PIPS:lab in de basis interessant en aansprekend voor de doelgroepen van het gezelschap en met name voor jongeren. Zij stelt vast dat in de producties op inventieve wijze gebruik wordt gemaakt van hoogstaande en complexe technologie en dat er soms sprake is van een bijzondere vormgeving. Ook de publieksparticipatie die in veel voorstellingen wordt nagestreefd noemt de commissie aansprekend. Tegelijkertijd vindt de commissie dat de producties in de afgelopen periode in artistiek opzicht van onvoldoende kwaliteit getuigen. Zij mist met name de hand van een regisseur of dramaturg in de uitwerking van de ideeën. Door het ontbreken van een context, heldere dramatische lijn of visie op het onderwerp, komt de boodschap of de thema’s die de makers willen overbrengen niet goed uit de verf. In de voorstellingen is naar de mening van de commissie nauwelijks sprake van gelaagdheid of diepgang, wat de zeggingskracht niet ten goede komt. Dit bleek volgens de commissie bijvoorbeeld in ‘Social Fiction, the land of calibration’, waarin sprake was van een dunne verhaallijn en ook in de voorstelling ‘Yvonne’ was de dramatische lijn mager uitgewerkt. Daarnaast heeft de muziek vaak een te weinig dragende rol om te kunnen bijdragen aan de dramaturgie van producties. De commissie noemt daarbij de composities niet heel verrassend of origineel. Ook over de uitvoeringskwaliteit is zij evenals vier jaar geleden niet onverdeeld positief; zo vindt zij het acteerwerk van de performers niet altijd overtuigend. De commissie leest weliswaar een reflectie van de aanvrager op de kwaliteit van het eerder gemaakte werk, maar de voorgestelde verbeterpunten richten zich uitsluitend op de technische beheersbaarheid, zoals het ontwikkelen van een mobiel laboratorium, en niet op de uitvoeringskwaliteit.
De thema’s die PIPS:lab in de komende periode wil aansnijden vindt de commissie belangwekkend en actueel. Zo is het idee om social media te benaderen vanuit de vraag of er niet juist sprake is van sociaal isolement een spannende insteek. De uitwerking van alle plannen is naar het oordeel van de commissie echter ontoereikend. De projectbeschrijvingen beperken zich tot een praktische opzet en een beschrijving van de technologie in de voorstellingen, maar de commissie mist bij elk project een interessante regievisie of een uitgewerkt dramaturgisch concept. Zij signaleert bovendien dat bij vrijwel geen van de projecten een muzikaal concept wordt beschreven, terwijl PIPS:lab juist de wens uitspreekt om zijn “muzikale vocabulaire op te rekken”. De commissie is op zich positief over de voorgenomen samenwerkingen met bijvoorbeeld Micha Hamel, Touki Delphine en Club Gewalt, maar ook deze projecten vindt zij artistiek-inhoudelijk mager onderbouwd. Tevens ontbreken bij nagenoeg alle voorgenomen projecten de namen van het artistieke team en de beoogde uitvoerenden. Al met al is de commissie door de summiere uitwerking van de projecten en het veelal ontbreken van een artistieke visie, onvoldoende overtuigd van de potentiële zeggingskracht van de projecten.
Ondernemerschap
De commissie beoordeelt het ondernemerschap als zwak.
Zij is van oordeel dat de bedrijfsvoering van PIPS:lab weinig solide overkomt. Alhoewel zij vaststelt dat de financiële situatie van het collectief gezond is, vindt zij de wijze waarop het artistieke beleid voor de komende periode financieel onderbouwd wordt niet overtuigend. Zo acht de commissie de geraamde eigen inkomsten aan de lage kant. Daarnaast is er volgens de commissie sprake van een beperkte financieringsmix. Hoewel de commissie positief is over het voornemen van PIPS:lab om zijn activiteiten op de commerciële markt te gaan uitbreiden, is er in de praktijk sprake van een relatief grote afhankelijkheid van overheidsgelden. Daarbij geeft het gezelschap aan dat er in tegenstelling tot de afgelopen periode in de toekomst wel aanvragen bij diverse particuliere fondsen zullen worden gedaan, maar de commissie ziet dit niet terug op de begroting. Ten slotte acht de commissie de beoogde publieksinkomsten niet op voorhand realistisch; de aanvrager maakt niet duidelijk hoe hij met ongeveer de helft van het aantal speelbeurten van de afgelopen jaren in de komende periode dezelfde publieksinkomsten verwacht te genereren.
De commissie noemt het een verstandige keuze van PIPS:lab om minder te produceren en zich iets meer te richten op festivals en het buitenland, waar het gezelschap succesvol is. Niettemin vindt zij de wijze van produceren, waarbij sprake is van forse investeringen in technologie, met name in financieel opzicht, niet zonder risico’s. Zij constateert dat de aanvrager hierop nauwelijks reflecteert en dat er geen strategie wordt beschreven bij (financiële) tegenvallers. In dit opzicht is de commissie van mening dat de aanvrager er onvoldoende in geslaagd is om de in de vorige plannen aangekondigde ambities op het gebied van professionalisering waar te maken.
De commissie vindt dat PIPS:lab een goed beeld heeft van de eigen positie in het veld. Het gezelschap opereert op het snijvlak van podiumkunst en visuele kunst en ontplooit daarnaast ook commerciële activiteiten. Binnen de podiumkunsten onderscheidt het werk van PIPS:lab zich door het interdisciplinaire karakter en de grote rol van technologische innovaties in de voorstellingen. Het gezelschap zegt hiermee een zeer diverse doelgroep te bereiken. De commissie constateert echter dat bij geen van de projecten de doelgroepen worden gespecificeerd. Ook de wijze waarop het gezelschap het eigen publiek wil behouden en een nieuw publiek wil bereiken, wordt nauwelijks concreet beschreven in de plannen. Er zal veel gebruik worden gemaakt van social media, maar de commissie leest niet hoe dit tot nieuw publiek moet gaan leiden. De samenwerkingen met diverse opleidingsinstituten zijn op zich positief en kunnen bijdragen aan het vergroten van het publieksbereik. Desondanks vindt de commissie de beoogde groei van de publieksaantallen bij een aantal speelbeurten, dat bijna de helft lager is dan in de afgelopen jaren, niet heel geloofwaardig. Zeker doordat de aanvrager aangeeft dat het lastig is om nieuw publiek aan te trekken, met name in het theatercircuit, mist zij een overtuigende onderbouwing van deze voorgenomen groei.
Pluriformiteit
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de pluriformiteit als zeer goed.
PIPS:lab maakt muziektheater met nieuwe muziek en multimediale middelen. Alhoewel de inzet van technologie in toenemende mate door andere gezelschappen wordt gebruikt, is PIPS:lab naar de mening van de commissie nog altijd een pionier op het gebied van vooruitstrevende technologie. Ook zijn er weinig gezelschappen waarvan het werk in deze mate leunt op de inzet van multimediale technieken in de voorstellingen. Ook de interactiviteit met het publiek is een onderscheidend aspect van het werk van het gezelschap. De commissie vindt dat het werk van PIPS:lab een zeer belangrijke bijdrage levert aan de pluriformiteit.
Geografische spreiding
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de geografische spreiding als voldoende.
PIPS:lab is gevestigd in Amsterdam, waar het podiumkunstenaanbod zeer groot is. In de periode 2013-2015 heeft het gezelschap met name gespeeld in de grote steden en in enkele regio’s. Voor de komende periode staat de aanvrager een vergelijkbare spreiding van de voorstellingen voor ogen. Daarmee levert het gezelschap een beperkte bijdrage aan de geografische spreiding.
Bijdrage talentontwikkeling
Niet van toepassing.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van PIPS:lab niet te honoreren.
Aangevraagd bedrag per jaar
175.000
Geadviseerd bedrag per jaar
0
Toegekend bedrag per jaar
0
Aangevraagd bedrag per jaar
175.000
Geadviseerd bedrag per jaar
0
Toegekend bedrag per jaar
0