schrit_tmacher
Inleiding
Stichting StEP by StEP organiseert jaarlijks schrit_tmacher - just dance! (hierna: schrit_tmacher), een internationaal dansfestival in Heerlen, Aken en de Euregio Maas-Rijn. Het festival presenteert internationale dans, niet-westerse ontwikkelingen, performances en disciplinaire crossovers. De artistieke en zakelijke leiding is in handen van Rick Takvorian en Bas Schoonderwoerd. Volgens de aanvrager toont het dansfestival niet alleen de laatste ontwikkelingen, maar geeft het ook zelf impulsen aan de toekomst van de dans. Jaarlijks presenteert Schrit_tmacher 26 dansvoorstellingen en een randprogramma, en weet daarmee volgens de aanvraag 12.500 betalende bezoekers te bereiken.
De missie en hoofddoelstellingen van het festival zijn: actuele, kwalitatief hoogwaardige vernieuwende en internationale dans tonen, impulsen geven aan de ontwikkeling en de toekomst van de dans, bouwen aan de duurzame culturele samenwerking in de Euregio Maas-Rijn, en de regio ontwikkelen en profileren als structuur voor dans in Limburg en de Euregio Maas-Rijn. Dat leidt tot de volgende kernactiviteiten: programmeren, coproduceren en verbindingen tot stand brengen tussen dansmakers, professionals en publiek op nationaal, Euregionaal en Internationaal niveau. De Zuid-Limburgse postindustriële context wordt als bron voor nieuwe dans gebruikt om op die manier de Euregio sterker als dansregio te profileren. De regio maakt volgens de aanvrager een culturele lente door. Er is een nieuwe infrastructuur voor cultuur gecreëerd en er is sprake van een groeiend cultuurbezoek, aldus de aanvrager.
In de periode 2017-2020 wil schrit_tmacher onder meer het aantal festivallocaties uitbreiden en doorgroeien naar 17.500 bezoekers per editie. Het festival wil wereldpremières met eigen coproducties programmeren, maar laat naar eigen zeggen ook ruimte voor onderzoek naar nieuwe dans en experiment. Verder wil Schrit_tmacher de zichtbaarheid in landelijke en internationale media verbeteren. De organisatie wil dit realiseren door het aantal podia waarop het festival plaatsvindt, uit te breiden, samenwerking te zoeken met musea en ook op alternatieve locaties festivalaanbod te presenteren. Daarnaast heeft schrit_tmacher de ambitie om het programma-aanbod te versterken en opdrachten voor nieuw werk te verstrekken waaruit coproducties ontstaan. Onder de noemer ‘Generation2’ wordt gewerkt aan het talent van de toekomst. Naast presentaties in de black box zoekt de aanvrager alternatieve presentatieplekken en -vormen, passend bij de actuele ontwikkelingen in de (dans)kunst.
Stichting StEP by StEP vraagt voor de periode 2017-2020 een subsidie aan in de categorie ‘klein/middelgroot festival’. Het gevraagde subsidiebedrag is 125.000 euro. Daarnaast vraagt de stichting een bijdrage (co)productie van 25.000 euro aan. Het totaal gevraagde subsidiebedrag komt daarmee op 150.000 euro per jaar/editie.
Historie
Stichting StEP by StEP ontvangt in de periode 2013-2016 geen structurele subsidie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of het Fonds Podiumkunsten.
Artistieke kwaliteit
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit als ruim voldoende.
De commissie onderschrijft de opmerking van de aanvrager dat het festival nog een geringe bekendheid geniet buiten de zuidelijke regio. De Euregionale samenwerking met de Duitse stad Aken, waar het festival al in 1996 is opgericht, kan op waardering van de commissie rekenen. Binnen deze internationale context presenteerde het festival naar haar mening in de afgelopen jaren een kwalitatief hoogwaardig aanbod van dansproducties. De programmering leunt volgens de commissie flink op het bewezen vakmanschap van gerenommeerde makers. Daarmee maakt het festival in haar ogen de ambitie waar om de kwalitatief hoogwaardige internationale top te tonen. Uit de aanvraag blijkt dat de organisatie, behalve een kwaliteitsaanbod programmeren, nog een aantal andere aandachtspunten heeft, die ze vertaalt in vijf aandachtsgebieden. Dat maakt de programmering naar de mening van de commissie veelomvattend, waardoor het moeilijk is om een duidelijke samenhang in het totaal te ontdekken. De specifieke kenmerken van het Euregionale postindustriële Zuid-Limburg vindt zij als uitgangspunt aansprekend, maar de commissie ziet dat gegeven niet overtuigend terug in het gepresenteerde programma van de afgelopen jaren. De suggestie dat de aanvrager met het aanbod een voor de bewoners in de regio herkenbare zeggingskracht biedt, komt daardoor nog te beperkt uit de verf. Dat laat onverlet dat schrit_tmacher met de voor de regio bijzondere programmering volgens de commissie een belangrijke rol speelt in de zogenaamde culturele lente in de regio Zuid-Limburg.
Het plan voor 2017-2020 geeft de commissie vertrouwen in een veelzijdig internationaal kwaliteitsaanbod. De vijf lijnen waarlangs de aanvrager programmeert, geven volgens haar een zekere richting in het programmeringsprofiel, maar in de uitwerking zijn keuzes niet altijd overtuigend te herleiden tot die uitgangspunten. Met het ontbreken van heldere keuzecriteria lijkt een schakel te missen tussen die breed geformuleerde lijnen en de concrete programmering. De commissie is er dan ook niet van overtuigd dat het publiek volop de beoogde zeggingskracht zal ervaren. De bezoekers zullen wel een veelzijdig aanbod van kwaliteitsvoorstellingen van onder andere Akram Khan, Sidi Larbi Cherkaoui en Mourad Merzouki beleven. Ook het niet-westerse aanbod kent volgens de commissie een aantal verrassende keuzes, zoals de Congolese choreograaf Florent Mahoukou met zijn Yuyani Dance Theatre. Om tot meer eigenheid en een voor het publiek helder profiel te komen, is in de optiek van de commissie echter meer scherpte in de kaders en keuzecriteria nodig.
Bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten als voldoende.
Er is weliswaar sprake van een hoogwaardige en bewezen kwaliteit in het gepresenteerde aanbod, maar de commissie beoordeelt de programmering niet in de volle breedte als state of the art in de dans. Een groot deel van de programmering vertegenwoordigt volgens haar te beperkt een blik op de actuele ontwikkelingen in de dans. Bij de meer experimentele onderdelen zal daarvan sprake zijn, maar de uitstraling daarvan is volgens de commissie te beperkt om van een stevige bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten in Nederland te kunnen spreken.
Positief is de commissie over de activiteiten van schrit_tmacher op het gebied van talentontwikkeling, workshops en masterclasses. Zo draagt het festival bij aan de ontwikkeling van de danspraktijk in een regio waar beperkte mogelijkheden zijn om actief op hoog niveau met kunst- en cultuurbeoefening bezig te zijn. Het festival inspireert niet alleen met het tonen van dansvoorstellingen, maar biedt ook een uitgebreid randprogramma met workshops en masterclasses. In mindere mate ziet de commissie een invloed van het festival op de creatie van speelbeurten in Duitsland voor de reeds internationaal vermaarde dansgezelschappen als NDT en Scapino. Voor onbekendere dansgezelschappen kan het festival wel een rol van betekenis spelen, door hen in het festival te introduceren bij de aanwezige programmeurs.
De commissie merkt tot slot op dat het kansen ziet voor de aanvrager om de expertise in het Euregionaal samenwerken te delen met andere instellingen die zich bevinden in de Nederlandse grensgebieden. Deze mogelijke bijdrage aan de ontwikkeling van de podiumkunsten in Nederland wordt in het plan echter niet benoemd noch uitgewerkt.
Ondernemerschap
Het ondernemerschap beoordeelt de commissie als ruim voldoende.
Omdat de aanvragende stichting stEP by stEP pas recentelijk is opgericht, ontbreekt het aan cijfers om de financiële positie van de aanvrager te bepalen. De commissie constateert dat het Nederlandse deel van het festival tot nu toe werd georganiseerd door Parkstad Limburg Theaters (PLT). Die situatie zal in de komende jaren niet wezenlijk veranderen, omdat PLT de uitvoerende organisatie van het festival in handen blijft houden. Weliswaar geeft dat vertrouwen in de productionele uitvoering, maar het duidt volgens de commissie op een nog beperkte status als autonoom functionerend festival.
De groei waarover het festival in de aanvraag spreekt, wordt duidelijk zichtbaar in de begroting, die een forse toename laat zien van bijna vier ton. De stijging wordt in de komende periode vooral veroorzaakt door een forse extra investering in de personeelslasten en in de kosten voor uitkoopsommen. Hoewel die insteek volgens de commissie een ondernemende houding laat zien, vindt zij dat de dekking voor het voorliggende plan de nodige risico’s kent. Zo rekent de aanvrager vanuit een positie zonder structurele bijdragen in de afgelopen jaren in de begroting 2017-2020 op een bedrag van € 325.000 aan structurele publieke middelen. Deze beoogde ondersteuning is volgens de commissie nog allerminst zeker. Zij waardeert het dat de aanvrager zich blijft richten op het vergroten van de eigen inkomsten. De spreiding van die inkomsten over diverse bronnen vindt de commissie echter beperkt. De aanvrager streeft vooral naar een verdubbeling van de recette-inkomsten. De commissie constateert echter dat deze groei niet in lijn is met de verwachte groei van het bezoekersaantal, die volgens de opgave 50 procent zal bedragen. Zij is daarom niet overtuigd van de haalbaarheid van de begrote recetteaanwas. Positief is zij over de bijdrage van 125.000 euro van PLT, waarmee het festival een relevante financiële basis creëert. Samen met een bedrag aan recette-inkomsten op het niveau van de afgelopen jaren, geeft de aanvrager de commissie tevens het vertrouwen dat het festival in de huidige vorm ook in de komende jaren kan worden georganiseerd.
De commissie is positief over de plannen van het festival op het terrein van de publieksbenadering. Dat de aanvrager daarvoor stevig leunt op de professionaliteit van PLT, vindt zij vertrouwenwekkend. De geïntegreerde taak van programmeur en marketeer, waarover de aanvrager in het plan spreekt, laat volgens de commissie zien dat de organisatie bij inhoudelijke keuzes al rekening houdt met een potentieel publiek voor het betreffende aanbod. De aanvrager beschrijft in het plan heldere doelgroepen waarvoor een strategische wervingsaanpak is ontwikkeld. De vertaling daarvan in concrete middelen vindt de commissie eveneens overtuigend en doelgericht uitgewerkt. Op grond daarvan vertrouwt zij erop dat schrit_tmacher de beoogde toename van het publiek van 12.500 naar 17.500 bezoekers in de komende jaren zal realiseren.
Pluriformiteit
De bijdrage aan de pluriformiteit van het Nederlands podiumkunstenaanbod beoordeelt de commissie als ruim voldoende.
Het festival presenteert aanbod dat voornamelijk dient te worden aangemerkt als academisch moderne dans. Dergelijke dansvoorstellingen zijn op de Nederlandse podia en festivals redelijk vertegenwoordigd, waardoor de bijdrage op grond daarvan bescheiden is. Een deel van het internationale aanbod dat schrit_tmacher programmeert is echter beperkt te zien op de reguliere podia in Nederland. In dat licht vindt de commissie dat er sprake is van een zekere bijdrage aan de pluriformiteit van het podiumkunstenaanbod.
Geografische spreiding
De commissie beoordeelt de bijdrage aan de spreiding als ruim voldoende.
Het festival vindt plaats in Heerlen. Zij vindt dat het hiermee een redelijke bijdrage levert aan de spreiding. Tegelijkertijd merkt de commissie op dat in de stad Heerlen, anders dan in sommige andere regio’s, vergelijkbaar aanbod niet geheel ontbreekt. In Heerlen en omgeving vinden ook andere festivals plaats en de stad kent een redelijke culturele infrastructuur op het gebied van de podiumkunsten. De rijke programmering van Parkstad Limburg Theaters is daar volgens de commissie exemplarisch voor.
Aanwezigheid financiële bijdrage provincie of gemeente
De begrote financiële bijdrage van de provincie en gemeente is zeer goed.
In de periode 2013-2015 werd het festival nog zonder structurele lokale ondersteuning georganiseerd. Voor de komende periode rekent het festival op een gemiddelde jaarlijkse structurele bijdrage van 490.000 euro van de gemeente en 200.000 euro van de provincie. Hiermee is er in de periode 2017-2020 sprake van een stevige lokale bijdrage.
Bijdrage (co)productie
De commissie adviseert de bijdrage (co)productie toe te kennen.
De aanvrager zet daarvoor in op drie onderdelen, die alle concreet zijn uitgewerkt met namen en samenwerkingspartners. Zo werkt de aanvrager onder de noemer choreographer in residence onder andere met Michael Clark en Richard Alston. Met Via Zuid worden projecten met lokale dansmakers en jonge talenten uitgevoerd. De mogelijkheden die het festival wil bieden aan jong choreografisch talent uit de BIS-gefinancierde gezelschappen, vindt de commissie het minst overtuigend uitgewerkt, maar de insteek kan wel op waardering rekenen. Bovendien verwacht zij dat het aanbod dat hieruit kan voortkomen, aansluit bij de aard van schrit_tmacher en bijdraagt aan de ontwikkeling van de betreffende jonge talenten.
Conclusie
De commissie adviseert de aanvraag van Stichting stEP by stEP te honoreren voor zover het budget dat toelaat.
Aangevraagd bedrag per editie
150.000
Geadviseerd bedrag per editie
bedrag per editie
125.000
Bijdrage (co)productie
25.000
Totaal per editie
150.000
Toegekend bedrag per editie
150.000
Aangevraagd bedrag per editie
150.000
bedrag per editie
125.000
Bijdrage (co)productie
25.000
Totaal per editie
150.000
Toegekend bedrag per editie
150.000
* Alsnog toegekend in 2016